Reglement vaardigheid

Voorwaarde van deelname en reglement

ALGEMEEN

  1. Opgeven kan schriftelijk via de website of telefonisch bij de leden van de wedstrijdcommissie..
  2. Deelname aan de wedstrijden is geheel voor eigen risico.
  3. Organisatoren, jury, accommodatie noch dienstdoende personen dragen enige verantwoordelijkheid omtrent schade in welke vorm dan ook aan personen, dieren, roerende en onroerende goederen.
  4. Minimum leeftijd deelnemers: pony enkelspan 12jaar, pony tweespan / paarden enkelspan 14 jaar, overig min. 16 jaar.
  5. Deelnemer mag ook gromen en groom mag ook deelnemen in dezelfde wedstrijd.
  6. Vierwielige wagen met onderdoordraaiende schamel verplicht, 2 wielen voor tandem toegestaan.
  7. Paarden en pony's dienen ingeënt te zijn.
  8. In alle gevallen waarin het reglement niet voorziet, beslist de jury.
  9. Tegen beslissing van de jury is geen beroep mogelijk.
  10. Op het wedstrijdterrein is het dragen van een goedgekeurde (volgens CE-norm) veiligheidshelm voor iedereen die zich op het rijtuig bevindt verplicht, dus ook met losrijden en uitstappen.

WEDSTRIJD

  1. Bestaat uit een 1e en een 2e manche.
  2. Eerste en tweede manche wordt gereden binnen de daarvoor gestelde tijd.
  3. Boven de gestelde tijd is ieder seconden omgerekend 0,2 strafpunten.
  4. Boven de maximale tijd = 500 strafseconden.
  5. Doorgangen staan op spoorbreedte rijtuig plus 25 centimeter ( wedstrijdrijders maximaal 15 cm).
  6. De proef bestaat uit een parcours opgebouwd uit 20 poorten en 23 doorgangen die in numerieke volgorde gereden dienen te worden. De doorgangen kunnen bestaan uit poorten van kegels met ballen, danwel poorten in schaapskooi.
  7. De rijder dient de poorten in de juiste volgorde en rijrichting te nemen waarbij de rode poort zich aan de rechterhand bevindt.
  8. Kegeldoorgangen kunnen niet geneutraliseerd worden.
  9. De tijd loopt en stopt wanneer de neus van het eerste paard/pony de start- c.q. finishlijn passeert.
  10. Het resultaat van de proef bestaat uit de gereden tijd plus het aantal opgelopen strafpunten. Winnaar is diegene met het laagste resultaat in strafseconden van een van de twee manches.

PARCOURS

  1. De koetsier groet de jury voor het starten, na de bel mag de deelnemer starten.
  2. Het is uiteraard niet toegestaan om al voor de start door een hindernis(-deel) te rijden.
  3. De koetsier rijdt de hindernissen in numerieke volgorde.
  4. Na schade of het verplaatsen van een (deel van de) hindernis, kan de jury bellen om te stoppen en de hindernis te laten herstellen, afgeworpen bal wordt niet teruggelegd.
  5. De jury zal aanhoudend bellen aangeven wanneer er sprake is van een onveilige situatie. De rijder is verplicht naar aanleiding van dit signaal te stoppen en het probleem te verhelpen Bij materiaal pech aan het tuig, rijtuig, optoming of aanspanning zet de jury de tijd stil en krijgt de aanspanning een redelijke tijd om de problemen ter plaatse te herstellen (max.5 minuten).
  6. Het is toegestaan de eigen lijn te kruisen, halt te houden en achterwaarts te gaan.
  7. Afstanden poorten zijn aan de parcoursbouwer overgelaten.
  8. Hulpkoetsiers (grooms) mogen vanaf het rijtuig routeaanwijzingen geven.

TOEKENNEN STRAFPUNTEN (3 punten per onderdeel)

  • Afrijden van een of twee ballen in enkelvoudige hindernis.
  • Afstijgen van groom en/of koetsier, per persoon, per keer.
  • Afrijden van een bal van een reeds genomen of geneutraliseerde hindernis.
  • Koetsier of groom voorkomt eigenhandig het afrijden van een bal of element.
  • Rijden zonder zweep in de hand.
  • Indien de koetsier door hindernis of finish rijdt zonder groom(s)op het rijtuig.

Wanneer het reglement niet voorziet, beslist de organisatie. Deze uitslag is bindend.